10 mei 2007
Gisterenavond in de woensdaglijke niet slagerlijke maaltijdlocatie viel te vernemen dat in relatie tot hoe het allemaal met de nieuwe lokale stedelijke stadsdichter en zijn vleeschnochvischradiotonkaontslag is gegaan er middels de digitale snelweg er wat over te lezen viel waarbij naar men zegt er mogelijk misschien in vleeschnochvischradiotonkauitzendingen gewoon weer een dichterlijke rubriek gaat zijn.
Gisterenavond in de woensdaglijke niet slagerlijke maaltijdlocatie kwam ook een beetje naar voren dat er wllicht een mogelijkheid aan het ontstaan is dat het huidige mannelijke Haagse GroenLinksgemeenteraadslid in de vleeschnochvischradiotonkauitzending gaat zijn om een beetje te praten over de nieuwe lokale popmedianota waarover er middels de digitale snelweg http://www.denhaag.nl/Docs/ocw/ocw2/Cultuur/2007-03-12-haagse-popnota.pdf te lezen is dat--- HAAGSE POPNOTA Gemeente Den Haag Maart 2007 Voorwoord
Popmuziek kent een rijke traditie in Den Haag. Het is al meer dan 40 jaar geleden dat
dolenthousiaste fans van de Stones het Kurhaus op hun kop zetten. Popmuziek werd toen
vooral geassocieerd met langharige jongeren. Tegenwoordig is Popmuziek in al zijn
verschijningsvormen van iedereen! Veel oudere Hagenaars neuriën mee met populaire
deuntjes die zij op de radio of televisie horen en veel jongere Hagenaars swingen op
nieuwe vormen van popmuziek. Als laagdrempelige cultuurvorm biedt popmuziek een
uitgelezen kans om met name jongeren en Hagenaars met een niet-Nederlandse
achtergrond meer bij cultuur te betrekken. Daarom moet de ontwikkeling van jong talent en de artistieke diversiteit van de popmuziek in de regio Den Haag worden gestimuleerd. Den Haag swingt en dat moet zo blijven! Jetta Klijnsma Wethouder Cultuur en Financiën Inhoudsopgave Pop centraal..4 Haagse pop in beeld..6 De beleidsvoornemens op een rijtje..14 Inzet middelen..16 Bijlage 1. Overzicht infrastructuur..17 Bijlage 2. Geïnterviewden..24 Pop centraal
Op 2 decembe r 2006 werd Den Haag opgeschrikt door het bericht dat Mariska Veres van
de Haagse band Shocking Blue was overleden. Mede dankzij Mariska Veres en Shocking
Blue is Den Haag uitgegroeid tot Popstad Nummer 1 van Nederland. Bekende namen als
Golden Earring, Q65, Anouk en Di-Rect hebben hier hun roots. En de aanwas van jong
talent houdt aan. Den Haag huisvest diverse groot- en kleinschalige festivals, zoals
Parkpop, de Haagse Popweek, Todays Art, Music in my Head, State X New Forms en de
Koninginnenach. Het Paard van Troje is hét poppodium van Den Haag en heeft een
nationale uitstraling. Daarnaast heeft Den Haag een levendige underground-scene en een groot netwerk van onbekende muziekbandjes.
Was popmuziek aanvankelijk nog onderdeel van een tegencultuur die door oudere
gezagsdragers met wantrouwen werd bejegend, anno 2007 is popmuziek blijkbaar zo
geaccepteerd dat de Gemeente Den Haag een deel van haar cultuurbudget aan het
stimuleren van popmuziek besteedt en een popnota doet verschijnen. Sinds de jaren
zestig is popmuziek uitgegroeid tot de meest populaire en laagdrempelige cultuurvorm.
Deze popularisering biedt grote kansen voor het Haagse cultuurbeleid dat immers inzet
op een breed bereik. Popmuziek kan zich verheugen op de grootste publieke
belangstelling van alle cultuuruitingen. Popmuziek kan mensen verrijken. Zij genieten
van muziek, dansen erop, zingen mee of spelen zelf een instrument. Popmuziek is
laagdrempelig voor jong en oud, ongeacht de culturele en sociale achtergrond. Al op zeer jeugdige leeftijd maakt bijna iedereen kennis met popmuziek. Op de radio, op televisie en op straat. Popmuziek is overal.
Popmuziek staat echter nooit stil, maar maakt een continue ontwikkeling door. In
de jaren zestig en zeventig zetten jongeren zich nog met beat- en rockmuziek af tegen een oudere generatie. Ondertussen zijn niet alleen de bandleden van Golden Earring dik in de vijftig, dit geldt ook voor het grootste deel van hun publiek. De moderne populaire muziek kent meer diversiteit dan de in Den Haag van oudsher sterk vertegenwoordigde rockmuziek.
In een snelveranderende stedelijke samenleving zijn steeds nieuwe popstromingen opgekomen, denk bijvoorbeeld aan hiphop, dance, elektronische muziek, urban, nu-jazz, hindi-pop, latin , crossover en vormen van wereldpopmuziek. Het college
wil naast de rock ook deze nieuwere stromingen binnen de popmuziek ondersteunen. Om
recht te doen aan de meertonigheid van de moderne popmuziek, wil de gemeente inzetten
op het stimuleren van artistieke diversiteit.
De grens tussen amateur- en professionele muziekbeoefening is in de pop niet
scherp te trekken. Vrijwel elke popgroep van enige naam is ooit begonnen in een
kelderbox of een leegstaande garage. Juist bij de popmuziek is het daarom zinvol
talentontwikkeling te stimuleren. Talentontwikkeling en professionalisering van jonge
muzikanten zijn essentieel voor de toekomstige kwaliteit van de Haagse popcultuur.
Pop heeft grote culturele betekenis, maar kan ook een positieve bijdrage leveren
aan het gemeentelijke jeugdbeleid, de vergroting va n de stedelijke trots, de reputatie van Den Haag als aantrekkelijke internationale stad en de versterking van de stedelijke economie. Den Haag staat bekend als ‘Popstad nummer 1’. Het college wil dit imago versterken.
De stad kan bovendien beter gebruik ma ken van dit imago om zich nationaal
en internationaal te profileren: de sterke kanten van de stad moeten – ook op popgebied - beter over het voetlicht komen. Dit betekent dat het college samen met de popsector een impuls zal geven aan de marketing van de Haagse pop en zal investeren in eeninternationaal hoogwaardige programmering.
Het college is er trots op dat Den Haag een popstad van allure is en wil er graag
aan bijdragen dat Den Haag ook in de toekomst een popstad blijft, dat er ruimte komt
voor artistieke diversiteit en dat talenten kansen krijgen. Tegelijkertijd onderkent het college dat popmuziek gebaat is bij spontaniteit: pop komt van onderop! De
gemeentelijke rol ligt daarom vooral in het scheppen van goede voorwaarden en het
geven van impulsen.
Deze popnota maakt onderdeel uit van het gemeentelijke cultuurbeleid. Het
college heeft participatie, MeeDoen, hoog in het vaandel. Dit geldt zeker voor kunst en cultuur. In de komende periode richten we ons op een grotere participatie, een breder cultuuraanbod en talentontwikkeling.
Het college wil met name die vormen van popmuziek ondersteunen die in het commerciële circuit niet of te weinig aan bod komen.
Artistieke kwaliteit is hierbij het leidend beginsel. Vooral experimenten en vernieuwende popvormen van hoge kwaliteit en een aansprekende live performance verdienen volgens het college gemeentelijke ondersteuning. Deze nota dient als opmaat voor het Meerjarenbeleidsplan Kunst en Cultuur 2009-2012, waarin popmuziek specifieke aandacht zal krijgen. De beleidsinhoudelijke uitgangspunten worden hiermee bestendigd.
Deze popnota is tot stand gekomen dankzij de inbreng van vele betrokkenen uit
de Haagse popsector. Interviews, werkbezoeken van de wethouder en het popdebat
tijdens de Haagse Popweek 2006 vormden de hoofdmoot van de informatieverzameling.
In een gevorderd stadium zijn de concept-beleidsvoornemens besproken met een
belangrijke vertegenwoordiging van de Haagse popsector.
Indorock en de weduwe van Indië
Den Haag was eind jaren vijftig, begin jaren zestig de bakermat van de Indorock,
een vorm van instrumentale rock ’n roll die werd uitgevoerd door Indische en
Molukse muzikanten. De bekendste band - The Tielman Brothers - was
weliswaar afkomstig uit Breda, verschillende andere bandjes, zoals The Real
Room Rockers, The Desmounts, The Hot Jumpers, The Twangies en The
Valiants hadden hun thuisbasis in Den Haag. Kenmerkend voor de indorock was
de uit de krontjongmuziek afkomstige ‘Gadahngang', het tokkelen, en een
dubbele slag in de afterbeat. De bloeiperiode van de Indorock begon eind jaren
vijftig en eindigde na 1964 met de spectaculaire opkomst van de Beatles en de
Engelse Beatmuziek.
Met festivals van verschillende omvang en discipline, een prachtig podium als het Paard van Troje, een groot aantal podiumcafés, zoals de Paap en de Zwarte Ruiter, culturele broedplaatsen, gesubsidieerde instellingen als het Haags Pop Centrum, Musicon en Bazart, het Koorenhuis, Culturalis en organisaties als de R.G. Ruijsstichting, Stichting Aight en Stichting Connact, neemt Den Haag een vooraanstaande plek in binnen de Nederlandse popwereld. Het college is er trots op dat Den Haag een popstad van allure is.
Graag wil het college er aan bijdragen dat Den Haag ook in de toekomst een popstad
blijft die er toe doet, talenten kansen krijgen en er ruimte is voor artistieke diversiteit.
Popmuziek is gebaat bij spontaniteit: pop komt van onderop! De gemeentelijke rol ligt
daarom vooral in het scheppen van goede voorwaarden. De popscene moet kunnen
beschikken over een optimale infrastructuur, vernieuwende initiatieven moeten kunnen
rekenen op ondersteuning, gemeentelijke regels en procedures moeten de popsector niet
onnodig in de weg zitten. Daarnaast wil het college impulsen geven ter bevordering van artistieke dive rsiteit en de marketing van de Haagse pop. Maar het zijn natuurlijk het publiek, de programmeurs, de Haagse popinstellingen en vooral de muzikanten die Den Haag tot een bloeiende popstad maken.
Het college is van mening dat de huidige Haagse popinfrastruc tuur op orde is.
Deze kan echter wel beter worden benut. Talenten komen niet altijd tot volle bloei, de artistieke diversiteit blijft nog achter en sommige groepen muzikanten weten de weg naar de podia nog niet te vinden. Bovendien hebben enkele waardevolle festivals behoefte aan versterking en aan meer continuïteit. Hieronder wordt de stand van zaken beschreven met betrekking tot de fysieke infrastructuur, de sociale en organisatorische infrastructuur, de festivals en programmering en de activiteiten ter versterking van de artistieke diversiteit en talentontwikkeling. Waar het college extra beleidsimpulsen voor de versterking van Den Haag popstad wenselijk acht, zijn deze in de tekst opgenomen.
Fysieke infrastructuur
Groot podium
Sinds het gereedkomen va n de verbouwing van het Paard van Troje beschikt Den Haag
over één van de modernste grote poppodia in Nederland. In de grote zaal met twee
balkons kunnen 1.100 muziekliefhebbers genieten van een gevarieerd en kwalitatief
hoogstaand aanbod van popmuziek.
Met het besluit van de gemeenteraad van 2 november 2006 om het Paard van
Troje meer financiële armslag te geven, kan de grote zaal de functie van een van de
modernste grote poppodia in Nederland blijven vervullen.
Middenpodium
Den Haag heeft met de kleine zaal van het Paard van Troje in potentie een toegankelijke, middelgrote zaal voor kwetsbare programmering in het centrum van de stad. Niches in de popmuziek en opkomende talentvolle bands en artiesten kunnen hier optreden voor een publiek tot 300 personen.
Tot voor kort was de toegankelijkheid van deze zaal voor deze groep muzikanten
niet gewaarborgd. Vanwege de hoge huisvestingslasten kon het Paard van Troje weinig
risico’s nemen bij de programmering van de kleine zaal en was het genoodzaakt een hoge huur voor externe initiatieven in rekening te brengen. Het raadsbesluit om het Paard van Troje meer armslag te geven, heeft deze situatie verbeterd. Op dit moment bestaan volop mogelijkheden voor een artistiek interessante programmering.
Kleine podia
Het PaardCafé, Musicon, Bazart en het podium van het Haags Pop Centrum (HPC) –
allen een maximale capaciteit van 200 personen – vormen een essentieel onderdeel van
de Haagse popinfrastructuur. In het centraal gelegen PaardCafé vinden ongeveer 200
optredens van lokale en regionale bands per jaar plaats. Deze bands worden
geprogrammeerd door het Paard van Troje en het Haags Pop Centrum. Bazart vervult een
belangrijke rol in de underground scene en programmeert vooral alternatieve stromingen van de popmuziek. Musicon richt zich op haar beurt op de urban muziek en weet met haar trajecten veel jongeren te bereiken. Zowel Bazart als Musicon ontvangen een structurele subsidie uit de portefeuille Welzijn, daar hun activiteiten op het snijvlak van educatie, welzijn en cultuur liggen. Het HPC ontvangt subsidie vanuit Cultuurbeleid.
Podiumcafés en broedplaatsen
In Den Haag zijn vele cafés die regelmatig een podium bieden aan popmuzikanten. Juist
deze cafés zijn een (laagdrempelig) podium voor Haagse en regionale formaties en geven hen de kans zich aan een (groter) publiek te presenteren. De capaciteit varieert van 75 tot 300 man publiek. Daarnaast zijn in sommige culturele broedplaatsen kleine podia ontstaan waar optredens van met name underground muzikanten plaatsvinden.
Oefenruimtes
Een onmisbaar onderdeel van de Haagse popinfrastructuur zijn de oefenruimtes in het
Haags Pop Centrum en Musicon. Vooralsnog is er geen tekort aan oefenruimtes in Den
Haag. Niet alle groepen muzikanten weten echter de weg naar het HPC en Musicon te
vinden. Het betreft dan niet alleen muzikanten van niet-westerse popmuziek, maar ook
beoefenaars van de experimentele undergroundmuziek (zoals afgestudeerde
conservatoriumstudenten). Hiervoor zijn verschillende redenen. Ten eerste zijn niet alle (pop)culturen bekend met het aanbod van oefenruimtes. Ten tweede spreekt het imago en/of de sfeer van de instelling niet alle beoefenaars aan. En ten derde is de technische uitrusting en daardoor het gebruik van de oefenruimtes niet voor alle popgenres optimaal.
Beleidsvoornemens - Het college zal erop toezien dat het Haags Pop Centrum en
Musicon zich blijven inzetten om nieuwe groepen muzikanten aan te spreken en hen een
adequate oefenruimte te bieden. Waar nodig zal het college investeren in de aanpassing
van oefenruimtes voor een breder gebruik.
Twee PopHotSpots in Den Haag
De afgelopen jaren heeft het gebied rond de Grote Markt zich ontwikkeld tot een plek
waar veel initiatieven met popmuziek plaatsvinden. Niet alleen vinden een aantal keer per
jaar optredens plaats op het centrale plein, ook de aangelegen horecagelegenheden bieden
met regelmaat een podium aan muzikanten. Met het naastgelegen Paard van Troje en de
verschillende dansgelegenheden is de Grote Markt een levendige ‘PopHotSpot’.
Mogelijk kan in de toekomst een PopHotSpot ontstaan in de omgeving van de
Leyweg. Voor dit gebied worden plannen voorbereid voor het realiseren van een Urban
Centre, waar de meest uiteenlopende activiteiten voor jongeren plaats zullen gaan vinden.
Het Urban Centre zal mogelijk worden opgebouwd rond vier sferen: sportieve
activiteiten, muziek & dans, ontspanning en detailhandel. Essentieel bij het tot stand
komen van deze PopHotSpot is de medewerking van popinstellingen als HPC, Musicon
en Bazart, en de komst van de dependance va n het Koorenhuis aan de Zuidlarenstraat.
Beleidsvoornemens – Het college wil meedenken over de vraag hoe de Grote Markt en
omgeving zich verder kan ontwikkelen tot PopHotSpot. In samenspraak met het Paard
van Troje, de horecaondernemers en omwonenden is het college voornemens een
onderzoek te starten naar de wenselijkheid en haalbaarheid van een buitenpodium boven
de Grote Markt-ingang van de tramtunnel.
Het college gaat de mogelijkheden en haalbaarheid van een PopHotSpot aan de Leyweg
onderzoeken.
Popmuseum
In 2004 is in de gemeenteraad het burgerinitiatief voor een Nationaal Popmuseum in de
Haagse binnenstad behandeld. Het doel van het burgerinitiatief is om een
multifunctioneel popmuseum te realiseren, waarin de Nederlandse jazz- en
popgeschiedenis van de jaren vijftig tot heden over het voetlicht komt. In 2005 heeft op
initiatief van de gemeente een expertmeeting plaatsgevonden.
Het college heeft besloten dat de realisatie en exploitatie van een Nationaal
Popmuseum wordt overgelaten aan marktpartijen. De gemeente kijkt op dit moment met
de initiatiefnemers naar een mogelijke locatie voor het museum.
Den Haag Beatstad
Vanaf de jaren zestig maakt Den Haag in Nederland naam als Beatstad. Met het
zendschip van Radio Veronica voor de kust van Scheveningen en hits van
diverse Haagse bands ontstaat een levendige Haagse popmuziekscene. Bands
als Q65, Earth & Fire, The Motions, The Tee Set en Livin’ Blues zijn met
regelmaat te vinden in de nationale hitlijsten. The Golden Ear-rings (later Golden
Earring) en Shocking Blue scoren zelfs internationale hits tot in Amerika. Op zeer
uiteenlopende locaties, van kroegen en clubs tot garages en jeugdsozen,
verspreid over Den Haag en Scheveningen, wordt de popmuziek beoefend en
live beluisterd.
Niet alleen bands uit de Haagse regio zetten de hofstad als popstad op de kaart,
ook internationale artiesten die in Den Haag optreden dragen bij aan de faam.
Het bekendste voorbeeld is het optreden van de Rolling Stones in 1964 in het
Kurhaus. Dit concert werd gestaakt omdat een ‘nozembende’ baldadig gedrag
vertoonde en de zaal begon af te breken.
Sociale en organisatorische infrastructuur
Overleg popsector
Instellingen en organisaties die actief zijn in de Haagse popsector , werken in toenemende
mate samen. Een voorbeeld van deze samenwerking is het Programmeursoverleg
Popmuziek (POP) waarin de programmeurs van verschillende Haagse podia en festivals
zitting hebben. Tijdens periodieke samenkomsten bespreken zij de voortgang van de
Haagse programmering en verdelen het programmeursbudget dat jaarlijks door de
gemeente ter beschikking wordt gesteld voor kleinschalige ad hoc -initiatieven. Daarnaast
zijn in de stad verschillende festivals, evenementen en optredens die door meerdere
partijen gezamenlijk worden gerealiseerd. Bundeling va n kennis, specialisme en ervaring
resulteren in waardevolle initiatieven.
Het college juicht deze ontwikkeling toe en is van mening dat een platform,
waarin alle partijen die actief zijn in de Haagse popsector zitting hebben, de Haagse
popsector verder kan versterken. Het gaat hierbij om de Haagse poppodia, de horeca,
vertegenwoordigers van de diverse popgenres (inclusief de niet-westerse) en
(festival)organisatoren. Een dergelijk platform kan gezamenlijke belangen behartigen,
knelpunten inventariseren en aanpakken, afstemming op gebied van communicatie en
marketing van het popaanbod realiseren, enzovoorts.
Beleidsvoornemen – Het college neemt het initiatief een platformoverleg voor de gehele
Haagse popsector op te richten. De Stichting Directies Haagse Podia & Gezelschappen
(SDHP&G) kan hiervoor model staan.
Vergunningen
Festivals en andere live uitvoeringen van popmuziek in de (semi-)openbare ruimte dragen
bij aan het culturele klimaat en een breed cultuurbereik. Bovendien zetten festivals Den
Haag nationaal en internationaal op de kaart als een stad waar het gebeurt. Ook voor de
economie van de stad is dit een goede zaak. Om deze redenen verleent de gemeente dan
ook subsidies ten behoeve van de organisatie van festivals.
Tegelijkertijd is het programmeren van live muziek gebonden aan regelgeving die
de openbare orde en veiligheid garande ert en de overlast voor omwonenden beperkt. Aan
vergunningen voor evenementen in de openbare ruimte zijn vaak voorwaarden verbonden
die extra kosten met zich meebrengen. De laatste jaren hebben overheidsdiensten steeds
meer (uitvoerende) taken afgestoten. Zo worden organisatoren van evenementen in de
openbare ruimte geconfronteerd met kosten voor bijvoorbeeld de huur en plaatsing van
dranghekken, de schoonmaak en de inzet van verkeersregelaars en ambulances. Tussen
het stimuleren van live optredens van popmuziek en het zorgvuldig omgaan met eisen ten
aanzien van geluidsoverlast, openbare orde en veiligheid bestaat een zeker spanningsveld.
Beleidsvoornemen – Het college acht het wenselijk om binnen de grenzen van de wet- en
regelgeving een klimaat te scheppen waarin popmuziek in Den Haag optimaal zichtbaar
en hoorbaar is. Het college streeft ernaar om de subsidieverlening enerzijds en de afgifte
van noodzakelijke vergunningen anderzijds goed op elkaar af te stemmen.
Zichtbaarheid
Zichtbaarheid is een belangrijke voorwaarde voor een dynamisch en bruisend
popklimaat. Alleen grote festivals en concerten maken een stad niet tot een popstad. Juist
de combinatie met kleine optredens die je dagelijks kunt bijwonen in (podium)cafés,
broedplaatsen en alternatieve locaties zorgen voor een stad waar popmuziek zich kan
ontwikkelen.
Haagse organisaties en instellingen die actief zijn binnen de popmuziek hebben
veel aandacht voor de inhoud en vormgeving van hun evenement. In de besteding van
beschikbare budgetten en tijd krijgt de landelijke marketing van het initiatief soms een
lagere prioriteit. Dat is jammer, zeker omdat het publiek niet vanzelf komt. Vooral in Den
Haag lijkt een gebrek te bestaan aan zogenaamde voortrekkers, opinieleiders die de trend
bepalen en het goede voorbeeld geven aan hun referentiegroepen. Daarnaast is publiek
van buiten de stad onvoldoende op de hoogte van het Haagse popmuziekaanbod. Nog te
weinig Haagse festiva ls slagen er in mensen van buiten de provincie Zuid-Holland naar
Den Haag te trekken. De zichtbaarheid van de popsector kan beter.
De promotie van het Haagse popaanbod is op dit moment versnipperd. Er bestaan
meerdere websites waar informatie gevonden kan worden over de Haagse pop. De
verschillende popgenres hebben ieder hun eigen webs ites. Andere sites overlappen
elkaar. Mede hierdoor zijn de vele Haagse initiatieven op popgebied niet altijd even
zichtbaar en herkenbaar voor het grote publiek. De ‘incrowd’ weet de weg te vinden in
het Haagse popcircuit, maar voor incidentele bezoekers en mensen van buiten de stad is
het niet direct duidelijk waar wat te beleven is.
De ontwikkelingen op het terrein van de nieuwe media (lees: internet) bieden tal
van mogelijkheden voor de Haagse popsector. Zo is het mogelijk op verschillende
internetsites impressies van optredens en festivals te bekijken en te beluisteren via
streaming video. Daarnaast worden in toenemende mate verkiezingen voor
bandcompetities op websites georganiseerd. Enkele Haagse podia bieden zelfs de
mogelijkheid via het internet live optredens te bekijken. Onderzocht zal worden of en hoe
de Haagse popsector van de gemeentelijke ict-infrastructuur die in het kader van het
mediabeleid verder wordt uitgebouwd, gebruik zal kunnen maken via bijvoorbeeld een
portaal in residentie.net
Beleidsvoornemens - De komende jaren zal bij het toewijzen van subsidies uit het budget
Culturele Projecten extra aandacht zijn voor de wijze waarop de aanvrager potentiële
deelnemers en publiek wil bereiken. Hiertoe zal bij subsidieaanvragen een marketing- en
communicatieplan gevraagd worden.
Het college wil de informatievoorziening en promotie van het Haagse
cultuuraanbod samen met de Haagse popinstellingen gaan verbeteren. Hie rvoor is voor
2007 en 2008 jaarlijks een bedrag van € 50.000,- gereserveerd.
Het college zal onderzoeken of en hoe de Haagse popsector van de gemeentelijke
ict-infrastructuur gebruik zal kunnen maken, via bijvoorbeeld een popportaal in
residentie.net.
Festivals en programmering
Festivals
Den Haag kent een breed palet aan popfestivals , waarbinnen vooral de middelgrote
rockfestivals ruim zijn vertegenwoordigd. Nieuwe popgenres, en cross-overs hiervan, zijn
daarentegen nog onvoldoende zichtbaar in het festivalaanbod. Een deel van de Haagse
festivals is opgenomen in het Meerjarenbeleidsplan Kunst en Cultuur. Andere artistiek
interessante festivals ontvangen een bijdrage uit het budget Culturele Projecten of het
kleinschalige budget dat wordt beheerd door het Programmeursoverleg Popmuziek.
Op dit moment komen enkele festivals niet meer in aanmerking voor een bijdrage uit de
pot Culturele Projecten omdat zij hieruit reeds driemaal een subsidie hebben ontvangen.
Daarnaast is met de invoering van striktere wetgeving betreffende tabaksreclame voor
enkele festivals een belangrijke inkomstenbron verdwenen. Het financiële gat dat is
ontstaan kan vooralsnog niet door de markt opgevangen worden. Hierdoor komt de
(internationale) programmering van deze festivals minder goed uit de verf.
Beleidsvoornemens - Het college is trots op het grote aantal festivals dat jaarlijks in Den
Haag plaatsvindt. Het college wil bestaande succesvolle festivals van verschillende
grootte continueren en waar mogelijk versterken. Om te voorkomen dat een aantal
festivals dreigt te verdwijnen voordat ze de kans hebben gekregen om in het Kunstenplan
te worden opgenomen, stelt het college voor de volgende festivals in 2007 en 2008 in
aanmerking te laten komen voor incidentele subsidiëring: Plein Open, Popweek, Road to
Parkpop (X-Stage), Grote Prijs Zuid Holland, High School Music Competition. Deze
muziekfestivals dragen bij aan de versterking van Den Haag als Popstad, de artistieke
diversiteit en/of de ontwikkeling van talenten. Hiervoor is per jaar een bedrag van
€ 100.000,- gereserveerd.
Daarnaast ontvangt een aantal (muziek)festivals in 2007 éénmalig extra financiële
impuls vanuit het budget ‘versterking festivals’. Het betreft de festivals Music in my
Head, Crossing Border en State X New Forms.
Internationale programmering
Optredens van aansprekende internationale artiesten zijn voor de uitstraling van een stad
als Den Haag erg belangrijk. Niet alleen vanuit de inhoudelijke noodzaak deze artiesten
te laten zien aan het publiek en andere muzikanten, maar ook om het imago van onze
popstad regionaal en nationaal te versterken. Als hét poppodium van Den Haag heeft het
Paard van Troje een taak om binnen haar financiële mogelijkheden met regelmaat
aansprekende internationale namen binnen te halen. Ook heeft een aantal festivals een rol
in de programmering van internationale acts. Recent heeft het college besloten Beatstad
in 2007 te continueren als festival met een regionale, nationale en internationale
programmering. Om Den Haag als popstad op de kaart te houden is investeren in (extra)
budget voor internationale programmering een voorwaarde.
Alleen het beschikbaar stellen van budget is echter niet voldoende. Voor het
programmeren van sommige internationale artiesten is een andersoortige en/of grotere
locatie gewenst/noodzakelijk dan de grote zaal van het Paard van Troje. Op dit moment
worden verkennende gesprekken gevoerd tussen het Paard van Troje en het World Forum
Convention Center voor het programmeren van zogenaamde seated concerten tot 2.000
bezoekers.
Beleidsvoornemen - Het college stelt vanuit het budget citymarketing middelen
beschikbaar voor internationale programmering van popfestivals.
Artistieke diversiteit en talentontwikkeling
Artistieke diversiteit
De Haagse popwereld kenmerkt zich door een grote rock scene en een levendige
underground scene. Tegelijkertijd heeft Den Haag een minder zichtbaar netwerk van
niet-westerse popmuziek. Den Haag kent een aantal grote niet-westerse
bevolkingsgroepen. De rockmuziek waar Den Haag bekend om staat is onder deze
groepen nauwelijks populair. Hindipop, Raï, Salsa en Urban spreken hen veel meer aan.
Weinig Hagenaars hebben weet van het bestaan van deze informele popcircuits. En dat is
niet terecht. Zo heeft Den Haag het grootste aantal Hindipopgroepen van Nederland
binnen haar stadsgrenzen. Deze bij Hin dostanen uitermate populaire muziek wordt vooral
gespeeld in partycentra en op familiefeesten. De muziek duikt slechts incidenteel op in
het reguliere popcircuit.
De urban muziek is de afgelopen jaren enorm populair geworden bij een grote en
diverse groep jongeren. De komst van de urban muziek heeft hen aangezet tot het actief
beoefenen van deze muziek. In Amsterdam (Studio West) en Rotterdam (HipHophuis)
zijn er plekken ontstaan waar jongeren samen kunnen experimenteren. Naast de urban
programmering van het Paard van Troje profileert Musicon zich met haar
talentontwikkelingsprojecten op dit gebied.
Daarnaast moeten instellingen die niet-westerse popmuziek programmeren meer
moeite doen om de doelgroep te bereiken. Dit vergt goede netwerken, tijd en energie.
Samenwerking met personen en organisaties uit de doelgroepen is essentieel. Het
verdient speciale aanbeveling om met sleutelfiguren uit de niet-westerse popmuziek
verder in gesprek te gaan over de inhoudelijke professionalisering van de ‘eigen’ muziek.
Ook kan de artistieke diversiteit via het programma Artists in Residence van
Kosmopolis worden gestimuleerd door het gericht uitnodigen van popmuzikanten die een
culturele relatie hebben met herkomstlanden.
Beleidsvoornemens – Om een beter inzicht te krijgen in de stand van zaken en de wensen
en behoeften op het gebied van talentontwikkeling sluiten wij aan bij lopend onderzoek
naar talentontwikkeling van urban arts binnen de grote steden.
Musicon richt zich al enige tijd op de jonge ‘urban’ -talenten en biedt hen een
eerste ontwikkelingstraject aan. Het college wil deze talentontwikkelingstrajecten
versterken en stelt voor 2007 en 2008 middelen ter beschikking vanuit de
cultuurbegroting. Per jaar is hiervoor € 50.000 gereserveerd.
Het college wil dat Culturalis en het Paard van Troje het initiatief nemen om
samen met relevante partijen een ontwikkelingstraject op te zetten gericht op gevorderde
talenten in de urban arts die zich willen én kunnen professionaliseren. Het theater aan de
HAAGSE POPNOTA 13
Hobbemastraat is een goede locatie voor een pilot. Hiervoor reserveert het college voor
2007 en 2008 jaarlijks een bedrag van € 50.000.
Talentontwikkeling
Pop is een sector waar de grens tussen amateur - en professionele muziekbeoefening niet
scherp is te trekken. Denk aan de talrijke informele schoolbandjes die de regio Den Haag
rijk is. Talentontwikkeling en professionalisering van jonge muzikanten zijn essentieel
voor de toekomstige kwaliteit van de Haagse popcultuur en de artistieke diversiteit.
In Den Haag bestaat momenteel een goede structuur voor talentontwikkeling in de
rockmuziek. Bandcoachingstrajecten van het Koorenhuis, de oefenruimtes in het HPC en
Musicon en de vele Haagse podiumcafés bieden jonge talenten de mogelijkheid zich te
ontwikke len tot volwaardige muzikanten.
Met de realisatie van een dependance van het Koorenhuis aan de Zuidlarenstraat
in Escamp, waar mogelijk ook de slagwerkafdeling van het Koninklijk Conservatorium
ondergebracht wor dt, ontstaan op het gebied van de talentontwikkeling in de popmuziek
nieuwe kansen. Het Koorenhuis voert op dit moment een behoeftenonderzoek uit.
Beoefenaars van urban muziek en andere niet-westerse popstromingen blijken in
de praktijk de weg naar deze voorzieningen voor talentontwikkeling nog onvoldoende te
vinden. Onbekendheid, imago, praktische beperkingen (bijvoorbeeld ongeschikte
inrichting oefenruimtes) en gebrek aan inhoudelijke aansluiting zijn hiervan de oorzaken.
Beleidsvoornemens – Het college wil dat gesubsidieerde instellingen en organisaties zich
blijven inzetten om nieuwe groepen te bereiken. Daarnaast wil het college , zoals eerder
genoemd, investeren in het optimaliseren van oefenruimtes voor gebruik door de diverse
muziekstromingen.
Het college wil investeren in de kennisoverdracht van niet-westerse popmuziek en
de ontmoeting tussen verschillende popstromingen. Hieraan kan het programma Artists in
Residence van het zeer binnenkort op te richten ‘Kosmopolis Den Haag’ een bijdrage
leveren, bijvoorbeeld door het gericht uitnodigen van popmuzikanten uit herkomstlanden,
het organiseren van workshops en het opzetten van master classes.
Anouk, Kane en Di-rect
Inmiddels tien jaar geleden kwam met de single Nobody’s wife de grote
doorbraak van Anouk (Teeuwen). Deze Haagse zangeres, die werd ondersteund
door Barry Hay en George Kooymans van de Golden Earring, maakte in
Nederland en ver daarbuiten veel indruk met haar krachtige stem en energieke
rockoptredens. Haar grote populariteit leidde in 1998 tot een enorme toeloop bij
haar optreden op de Koninginnenach. Het concert moest vroegtijdig worden
beëindigd vanwege de onveilige situatie die hierdoor ontstond. In de navolgende
jaren scoorde Anouk vele hits en haar concerten zijn nog steeds binnen enkele
dagen uitverkocht. In de jaren na de doorbraak van Anouk verscheen ook Kane
in de nationale hitlijsten, en even later Di -rect. Deze Haagse rockformaties
bleken geen ééndagsvliegen en vormden samen met de Golden Earring in de
zomer van 2005 de line up van het ‘Haagse feestje’ Beatstad op het Malieveld.
De beleidsvoornemens op een rijtje…
· Het college zal erop toezien dat het Haags Pop Centrum en Musicon zich blijven
inzetten om nieuwe groepen muzikanten aan te spreken en hen een adequate
oefenruimte te bie den. Waar nodig zal het college investeren in de aanpassing van
oefenruimtes voor een breder gebruik.
· Het college wil meedenken over de vraag hoe de Grote Markt en omgeving zich
verder kan ontwikkelen tot PopHotSpot. In samenspraak met het Paard van Troje,
de horecaondernemers en omwonenden is het college voornemens een onderzoek
te starten naar de wenselijkheid en haalbaarheid van een buitenpodium boven de
Grote Markt-ingang van de tramtunnel.
· Het college gaat de mogelijkheden en haalbaarheid van een PopHotSpot aan de
Leyweg onderzoeken.
· Het college neemt het initiatief een platformoverleg voor de gehele Haagse
popsector op te richten. De Stichting Directies Haagse Podia & Gezelschappen
(SDHP&G) kan hiervoor model staan.
· Het college acht het wenselijk om binnen de grenzen van de wet- en regelgeving
op het gebied van veiligheid en openbare orde een klimaat te scheppen waarin
popmuziek in Den Haag optimaal zichtbaar en hoorbaar is. Het college streeft
ernaar om de subsidieverlening enerzijds en de afgifte van noodzakelijke
vergunningen anderzijds goed op elkaar af te stemmen.
· De komende jaren zal bij het toewijzen van subsidies uit het budget Culturele
Projecten extra aandacht zijn voor de wijze waarop de aanvrager potentiële
deelnemers en publiek wil bereiken. Hiertoe zal bij subsidieaanvragen een
marketing- en communicatieplan gevraagd worden.
· Het college wil de informatievoorziening en promotie van het Haagse
cultuuraanbod samen met de Haagse popinstellingen gaan verbeteren. Hiervoor is
voor 2007 en 2008 jaarlijks een bedrag van € 50.000,- gereserveerd.
· Het college zal onderzoeken of en hoe de Haagse popsector van de gemeentelijke
ict-infrastructuur gebruik zal kunnen maken, via bijvoorbeeld een popportaal in
residentie.net.
· Het college wil bestaande succesvolle festivals van verschillende grootte
continueren en waar mogelijk versterken. Om te voorkomen dat een aantal
festivals dreigt te verdwijnen voordat ze de kans hebben gekregen om in het
Kunstenplan te worden opgenomen, stelt het college voor de volgende festivals in
2007 en 2008 in aanmerking te laten komen voor incidentele subsidiëring: Plein
Open, Popweek, Road to Parkpop (X-Stage), Grote Prijs Zuid Holland, High
School Music Competition. Deze muziekfestivals dragen bij aan de versterking
van Den Haag als Popstad, de artistieke diversiteit en/of de ontwikkeling van
talenten. Hiervoor is per jaar een bedrag van € 100.000,- gereserveerd.
Daarnaast ontvangt een aantal muziekfestivals in 2007 éénmalig een extra
financiële impuls vanuit het budget ‘versterking festivals’. Het betreft de festivals
Music in my Head, Crossing Border en State X New Forms.
· Het college stelt vanuit het budget citymarketing middelen beschikbaar voor
internationale programmering van popfestivals.
· Om meer inzicht te krijgen in de stand van zaken, de wensen en behoeften op het
gebied van talentontwikkeling sluiten wij aan bij lopend onderzoek naar
talentontwikkeling van urban arts binnen de grote steden.
· Musicon richt zich al enige tijd op de jonge ‘urban’ -talenten en biedt hen een
eerste ontwikkelingstraject aan. Het college wil deze talentontwikkelingstrajecten
versterken en stelt voor 2007 en 2008 extra middelen ter beschikking vanuit de
cultuurbegroting. Per jaar is hiervoor € 50.000 gereserveerd.
· Het college wil dat Culturalis en het Paard van Troje het initiatief nemen om
samen met relevante partijen een ontwikkelings traject op te zetten gericht op
gevorderde talenten in de urban arts die zich willen én kunnen professionaliseren.
Het theater aan de Hobbemastraat is een goede locatie voor een pilot. Hiervoor
reserveert het college voor 2007 en 2008 jaarlijks een bedrag van € 50.000.
· Het college wil dat gesubsidieerde instellingen en organisaties zich blijven
inzetten om nieuwe groepen te bereiken. Daarnaast wil het college, zoals eerder
genoemd, investeren in het optimaliseren van oefenruimtes voor gebruik door de
diverse muziekstromingen.
· Het college wil investeren in de kennisoverdracht van niet-westerse popmuziek en
de ontmoeting tussen verschillende popstromingen. Hieraan kan het programma
Artists in Residence van het zeer binnenkort op te richten ‘Kosmopolis Den Haag’
een bijdrage leveren, bijvoorbeeld door het gericht uitnodigen van popmuzikanten
uit herkomstlanden, het organiseren van workshops en het opzetten van master
classes.
Inzet middelen
Huidig beleid
Vanuit de cultuurbegroting wordt jaarlijks ongeveer € 2.000.000,- besteed aan de Haagse
popinfrastructuur. Ruim de helft van dit bedrag is bestemd voor het Paard van Troje en
zo’n 10% gaat naar het Haags Pop Centrum. De rest van het geld wordt verdeeld onder
de overige instellingen en initiatieven op popgebied. Naast deze geldstroom vanuit
Cultuurbeleid wordt vanuit WIJ (Welzijn, Intergratie en Jeugd) een structurele subsidie
gegeven aan Bazart en Musicon. Samen ongeveer € 180.000,-. Vanuit de dienst
Stedelijke Ontwikkeling wordt ongeveer € 700.000,- (evenementenbudget) bijgedragen
aan grootschalige festivals zoals Parkpop, Beatstad en Koninginnenach. Jaarlijks wordt
dus ongeveer € 3.000.000,- door de gemeente Den Haag in de popsector geïnvesteerd.
Extra impulsen
Met deze popnota wil de gemeente een extra impuls geven aan de ontwikkeling van de
Haagse popsector. De gemeente stelt hiervoor ook extra financiële middelen ter
beschikking. In totaal gaat het om een bedrag van € 250.000,- voor 2007 en 2008, te
weten:
2007 2008
Versterking popfestivals € 100.000,- € 100.000,-
Versterking marketing popaanbod € 50.000,- € 50.000,-
Talentontwikkelingstraject Musicon € 50.000,- € 50.000,-
Urban talentontwikkeling € 50.000,- € 50.000,-
TOTAAL € 250.000,- € 250.000,-
Deze bedragen voor 2007 en 2008 ad. € 250.000,- zullen worden gedekt uit het vanaf
2007 aan de cultuurbegroting toegevoegde structurele budget voor amateurkunst ad.
€ 400.000,-.
Bijlage 1. Overzicht infrastructuur
Den Haag heeft binnen haar stadsgrenzen en direct daarbuiten naast het Paard van Troje
een verscheidenheid aan poppodia, podiumcafés, zogenaamde broedplaatsen en
oefenlocaties. Daarnaast is er in de Hofstad jaarlijks een groot aantal festivals, die een
sterke relatie hebben met popmuziek. Om een beter beeld te geven van de infrastructuur
van de Haagse popscene is in de navolgende pagina’s een inventarisatie van instellingen,
organisaties en evenementen categorisch weergegeven. De overzichten bieden een
impressie van poppodia en dancezalen, danceclubs, podiumcafés en andere binnen- en
stadslocaties waar met regelmaat live optredens plaatsvinden. Ook is er aandacht voor
boekingsbureaus, labels en relevante regionale media.
In de bijlagen is verder een overzicht opgenomen van festivals in (de regio) Den Haag die
in hun programmering ruimte bieden aan popmuziek. Enkele festivals hebben weliswaar
geen specifieke popprogrammering, maar hebben wel bewezen een rol te vervullen als
inspirator voor de Haagse popscene.
Podia & Dancezalen
Den Haag heeft een aantal (gesubsidieerde) poppodia dat het programmeren van live
muziek als hun kerntaak beschouwt. Deze podia programmeren met regelmaat
(inter)nationale popmuziek dat naast entertainment ook dient als inspiratie en motivatie
voor de Haagse muzikale talenten.
Paard van Troje
Het Paard van Troje is hét poppodium in Den Haag. Deze in 1972 opgerichte culturele
uitgaansgelegenheid in het centrum vormt het gezicht van de Haagse popscene. Het Paard
biedt al 35 jaar een zeer gevarieerde nationale en internationale programmering.
Maandelijks zijn er pop- en rockoptredens, dance-events, multi-disciplinaire festivals etc.
Na de grootschalige verbouwing (1999-2003) staat het Haagse poppodium in Nederland
bekend als een van de modernste (pop)concertzalen. In de ‘grote zaal’ is plaats voor
1.100 bezoekers, in de ‘kleine zaal’ voor 300. In 2006 hebben ruim 200.000 bezoekers
een voorstelling/optreden in het Paard bezocht. Tevens werd het Paard in 2005 door
Nieuwe Revu uitgeroepen tot ‘Beste club van Nederland’ en ontving daarvoor de
‘Nachttempel Award’.
Haags Pop Centrum
Het in 1985 opgerichte Haags Pop Centrum (HPC) richt zich op de verhuur van
oefenruimtes, educatie en de organisatie van aan popmuziek gerelateerde evenementen.
In het voormalige schoolgebouw aan de Burgemeester Hovylaan bevinden zich twaalf
oefenruimtes en één drumkelder en een bar met een klein podium. Het HPC organiseert
jaarlijks enkele muziekfestivals, zoals het Plein Open Festival, State-X New Forms
(samen met het Paard van Troje) en de Haagse Popweek. Daarnaast is het onder andere
betrokken bij de Haagse KoninginneNach. Op educatief terrein verzorgt het HPC
cursussen en workshops in het eigen gebouw en op scholen. Daarnaast beheert het HPC
de website Haagse Popserver.
Bazart en Musicon
Ook de kleine podia Bazart en Musicon zijn van cruciaal belang in de Haagse
popinfrastructuur. Bazart geeft ruimte aan de niches in de popmuziek zoals hardcore,
tekno, drum n bass, intelligent dance etc. Daarnaast levert Bazart een bijdrage aan
verschillende festivals voor de meer underground programmering. Musicon is sterk in het
bereiken van jongeren voor hun urban arts- en hiphoptrajecten. Middels workshops op
scholen en door scouting en coaching van jongeren naar een eerste optreden in de
Blockskillz en het organiseren van festivals zoals Hague Hiphop.
Hun aanbod ligt op het snijvlak van educatie, welzijn en cultuur. Daarom ontvangen zij
een structurele subsidie uit de portefeuille Welzijn.
Den Haag
Paard van Troje capaciteit: 1100 / 300
Haags Pop Centrum capaciteit: <200
Musicon capaciteit: <200
Bazart capaciteit: <200
Regio Den Haag
Boerderij (Zoetermeer) capaciteit: <800
Dormibella / Rockz (Leidschendam) capaciteit: <100 (grote zaal <200)
LVC (Leiden) capaciteit: <500
Nederland 3 (Wateringen) capaciteit: <300
Qbus (Leiden) capaciteit: <200
Danceclubs
De onderstaande lijst geeft een overzicht van de Haagse danceclubs. Deze (commerciële)
nachtclubs programmeren bijna uitsluitend dance-optredens en bieden slechts ze lden een
actieve culturele programmering.
Asta capaciteit: 1200 / 400 / 150
Catacomben capaciteit: 400
Cocoon capaciteit: 300
OneFour capaciteit: 600
Silly Symphonies capaciteit: 700
Marathon capaciteit: 2700
Podiumcafés
In Den Haag zijn vele cafés die regelmatig live popmuziek programmeren. Sommige
onderscheiden zich door zich te beperken tot één muziekstroming, andere bieden een zeer
gevarieerd aanbod. Juist deze cafés zijn een (laagdrempelig) podium voor Haagse en
regionale formaties en geven hen de kans zich aan een (groter) publiek te presenteren. De
capaciteit varieert van 75 tot ongeveer 250 man publiek.
De Boterwaag Regentenkamer
Big Confusion Savanna
Cocoon Het syndicaat
Cremers September
Franse Bulldog Sowieso
Greve Zeta
Havana Zwarte Ruiter
Lokaal Vredebreuk Bordelaise
Oude Mol De Maatschappij
Paap Saturnus
Paard van Troje Podiumcafe Villa Nova
De Pater De Vinger
Dystopia
Feestzalen
Vooral optredens van niet-westerse artiesten vinden plaats in zogenaamde feestzalen. Via
sociale netwerken en mediakanalen die gericht zijn op de eigen groep worden deze
optredens en evenementen gepromoot. De feestzalen liggen aan de rand van Den Haag of
in de regio. De capaciteit varieert sterk, van 200 personen tot enkele duizenden.
Partycentrum Zichtenburg (Den Haag) Partycentrum Sunrise (Den Haag)
Partycentrum Madestein (Den Haag) Evenementenhal Rijswijk
Leids Dans- en Uitgaanscentrum (Leidern) Partycentrum Zoetermeer
De Noviteit (Monster) Eventplaza (Rijswijk)
Partycentrum (Naaldwijk) Partycentrum Starlight (Leidschendam-Voorburg)
Theaters
De meeste theaters in Den Haag programmeren incidenteel bands en popmuziek. Dit is
vooral tijdens festivals waar muziek centraal staat. In Den Haag zijn ongeveer tien
theaters die met incidenteel (pop)muziek programmeren. De Dr. Anton Philips Zaal en
het Lucent Danstheater hebben grote zalen met een capaciteit van 2.000 plaatsten, waar
zogenaamde ‘seated concerts’ plaats kunnen hebben. De grote zaal van het World Forum
Convention Centre heeft een capaciteit van 2.000 zitplaatsen.
Broedplaatsen
Sinds een aantal jaren zijn er op verschillende locaties in de stad ‘broedplaatsen’
gecreëerd. Gebouwen die (tijdelijk) geen bestemming hebben, worden door de gemeente
beschikbaar gesteld voor culturele activiteiten. Deze activiteiten variëren van beeldende
kunst tot muziekoptredens. Slechts enkele broedplaatsen hebben een permanente status.
Voor broedplaatsen waar op muziekgebied initiatieven plaatsvinden zijn dat zijn
en DCR.
De Vloek De Illusie
Prinsegracht 8 Lange Beestenmarkt 104-108
De Garage DCR
Overige locaties
In Den Haag zijn verscheidene instellingen die hun gebouwen beschikbaar stellen voor
muziekoptredens. Voorbeelden zijn onder andere de verschillende Haagse bibliotheken
en het Nutshuis.
Stadslocaties
Op diverse locaties in Den Haag en Scheveningen vinden festivals en concerten plaats.
Het overzicht toont de stadslocaties waar minimaal een keer per jaar een dergelijk
evenement plaatsvindt.
Haagse Bos Spuiplein
Binnenhof Grote Markt
Plein Zijdepark
Hofpark Zuiderpark
Huygenspark Zuiderstrand
Lange Voorhout Gevers Deynootplein
Malieveld Westbroekpark Scheveningen
Prins Hendrikplein Boulevard Scheveningen
Oranjeplein Deltaplein/ Boulevard Kijkduin
Het Koorenhuis
Onderwijsinstituten zoals het Koorenhuis en het Koninklijk Conservatorium zijn
essentieel voor muziekeducatie. Met de dependance van het Koorenhuis in de
Zuidlarenstraat in stadsdeel Escamp, waar mogelijk ook de slagwerkafdeling van het
Koninklijk Conservatorium ondergebracht wordt , zal ook in dit stadsdeel muziekeducatie
meer aanwezig zijn.
Culturalis
Culturalis is de organisatie voor cultuurparticipatie op het gebied van de
amateurpodiumkunsten. Haar missie is het bevorderen van de belangstelling voor, en het
stimuleren van de actieve betrokkenheid bij de amateurpodiumkunsten in Den Haag.
Culturalis biedt ondersteuning en geeft advies en informatie aan personen en organisaties
binnen de amateur- en semiprofessionele podiumkunsten en verstrekt basis-, uitvoeringsen
projectsubsidies. Daarnaast promoot en stimuleert zij de amateur- en
semiprofessionele podiumkunsten en is actief op het gebied van talentscouting.
Overige spelers
De R.G. Ruijsstichting organiseert onder andere festivals (Haags Poppodium Live, Swing
Festival) en bandtrajecten (Talent Event, Winnaarsfestival). Daarnaast beheert de
stichting de website www.HaagsPopPodium.nl.
Stichting Aight richt zich specifiek op Hiphop met haar vier kenmerkende elementen:
breakdance, MC/Rap, DJ/beatcreator en graffiti en organiseert activiteiten op dit gebied
zoals Jammin on Beat, Culture Blast Europe etc.
Connact is een stichting die zich richt op jongerencultuur, specifiek talentontwikkeling
binnen de nieuwe media.
Boekingskantoren
Bands en popartiesten die regelmatig optreden, zijn soms ondergebracht bij een
boekingskantoor. Andere kiezen er bewust voor dit niet te doen, terwijl weer andere juist
hun ‘eigen’ boekingskantoor oprichten. In Den Haag en omstreken is een aantal van deze bureaus gevestigd met als meest bekende AT Producties (onder andere Kane en Di-rect).
Labels en PlatenmaatschappijenSommige bands en artiesten brengen hun muziek uit in samenwerking met labels en/of platenmaatschappijen. Bij het grote publiek zijn de meeste van deze organisaties niet bekend, maar kenners kunnen een hele lijst opnoemen.
MediaVooral festivals, maar ook losstaande concerten en individuele artiesten kunnen vaak rekenen op aandacht in de regionale media. De onderstaande regionale media bestaan uittelevisie, radio, kranten, magazines en website.
RTV West Den Haag FM 92.0
Stadsoproep Den Haag FunX Radio
Den Haag TV www.Hagazine.nl
AD Haagsche Courant www.HaagsPopPodium.nl
Posthoorn www.HaagsePopServer.nl
UIT (Haags Uitburo) www.3voor12.nl/DenHaag
Festivals
Ook festivals zijn in Den Haag ruim vertegenwoordigd. In de onderstaande pagina’s is
een overzicht van festivals opgenomen die plaatsvinden in (de regio) Den Haag en in hun programmering ruimte bieden aan popmuziek. Enkele festivals hebben weliswaar geen
popprogrammering, maar hebben wel bewezen een rol te vervullen als inspirator voor de
Haagse popscene. --
<< Home